Indra Devriendt, 2015 (NL)
Sinds de jaren negentig verwierf tekenkunst een autonome status. Een terechte waardering want de directe en pure aard zijn bijzondere kwaliteiten van het medium. Elke lijn vloeit rechtstreeks uit de hand van de maker en geeft uiting aan zijn ideeën. Tekenen geeft daarmee een directe weerspiegeling van het intieme en mentale proces van de kunstenaar. Aarzelingen, toevalligheden en vergissingen laten sporen achter. Niets blijft verborgen. De puurheid van het medium levert een fragiel resultaat op. Wat zich onder de huid afspeelt, is ook datgene wat Sylvie De Meerleer (°1986, Brugge) in haar tekeningen vastlegt. Gevoelige potloodlijnen belichamen alle mogelijke grijswaarden. Ze varieert van zachte tonen tot een concentratie van lijnen, die de drager doen glanzen en verzadigen. Haar tekeningen ademen energie en intensiteit alsof deze scheppende handeling een stuwende levenskracht is.
Eerder dan het brengen van een verhaal, biedt De Meerleer een diepgaande reflectie op tekenkunst. Ze bevraagt de grafische lijn, de textuur, de drager en de presentatiewijze als bouwstenen van het medium. Dat onderzoek breidt ze uit met sculpturale ingrepen zoals transparante varianten van tekeningen plooien en op elkaar naaien. Of ze snijdt tekeningen uit en plaatst ze voor elkaar om een beeld te vervolledigen. Ze herdefinieert tekenen als louter lijnen binnen een begrensde drager. Maar insinueert door de materiaalbehandeling ook een ruimtelijkheid of een volume en drijft daarmee de tactiliteit van het medium op.
Soms werkt De Meerleer met gevonden beeldmateriaal. Illustratief hiervoor is haar keuze voor ‘stills’ uit pornografische films. Haar aandacht gaat naar beelden met volumes en sierlijke houdingen. Ze zoekt naar de de psychologie van deze personages en vraagt zich af of er in deze confronterende beelden momenten van zachtheid en intimiteit te vinden zijn. Andere beelden krijgen vorm door de mogelijkheden van het tekenmateriaal te benutten. Dan komt ze tot een abstracte weergave van lijnen en punten, die zich richten op de energie vrijkomend tijdens het werkproces.
De Meerleer is een begenadigde tekenares, die technisch geen beperkingen kent. Maar zoals Leonardo da Vinci ooit stelde: “Kunst leeft van beperkingen en gaat dood aan vrijheid”. In haar werk streeft ze naar een evenwicht tussen systeem en vrijheid. Vertrekkend vanuit strakke, vooropgestelde methodes evolueert ze naar iets vrijelijk intuïtiefs door toevoegingen en afwijkingen. Zelfopgelegde regels ontkracht ze door er opzettelijk of per ongeluk tegen te falen. Het opheffen van een werkwijze biedt opening voor toeval en onvolmaaktheden: een spel wat ze ook toepast in de uitwerking van haar beelden. Een perfecte uitvoering met haarfijne details, ontaardt plots in een ruwe, impulsieve afwerking. Net daarin ontstaat de kiem voor de meerwaarde van een beeld.
De vraag die De Meerleer zich stelt, is in welke mate herhalingen beeld en materiaal beïnvloeden. Wat zijn de gevolgen voor de leesbaarheid van een beeld en de omgang met het materiaal? Veelheid, variaties en uitputten van mogelijkheden: steeds opnieuw zet ze het gegeven naar haar hand. Het is een tijdrovend onderzoek, maar ook het tijdseffect op de uitwerking van beelden intrigeert haar. Duur doet de intentie om een vooropgesteld idee te voltooien verslappen, maar geeft een verfijnde lijnvoering, terwijl snelheid onzuiverheden en onverwachte ideeën oplevert.
De Meerleer opereert tussen controleren en loslaten. Haar sporen op een drager zijn gevoelig, trefzeker en onstuimig. Ze maken een mentale zoektocht tastbaar en vertalen denkoefeningen naar het concipiëren van een beeld.
Indra Devriendt, januari 2015